Werkwijze

Een schilderij komt meestal volgens een vaste procedure tot stand:

• Beeldvorming en visualisering (inspiratie?). Zowel door beelden in gedachten als door beelden van buitenaf, zoals de natuur, foto’s, elementen uit schilderijen van anderen, komt het tot een voorstelling.
• De in het hoofd gevormde voorstelling wordt op een A4 geschetst. Soms wordt punt a overgeslagen en ontstaat er al schetsende iets wat geschikt is om een schilderij van te maken. In deze fase gaat het vooral om de vormgeving.

• De schets wordt met potlood in het groot op een triplex paneel aangebracht. In deze fase wordt er veel gegumd en opnieuw geschetst om de verhoudingen naar wens te krijgen. Deze schets is vrij gedetailleerd en de vormgeving staat dan vast.
• Vervolgens wordt de “ruwe” tekening in verf gezet. In deze fase worden de kleuren gekozen, diepte, schaduw, accenten e.d. aangebracht. Daarna wordt het schilderstuk een tijdje apart gezet en op afstand bekeken of er nog veranderingen toegepast moeten worden. Tot slot wordt het afgelakt en ingelijst.

De schilderijen zijn hoofdzakelijk in acrylverf . Voordeel van acrylverf is dat het snel droogt en weer over heen geschilderd kan worden. Pierre gebruikt houten panelen als ondergrond, omdat hij lang bezig is met schetsen en gummen, waar een stevige ondergrond voor nodig is. Schildersdoek(linnen) is hier minder geschikt voor.